Jongeren en wapens
Wat is er aan de hand?
Robby Roks, criminoloog en hoofddocent aan de Erasmus Universiteit Rotterdam, doet onderzoek naar jongeren en geweld.
(Foto’s: Michelle Muus)
Dragen steeds meer jongeren messen bij zich? Welke rol speelt de straatcultuur bij geweldsincidenten onder jongeren? Harde cijfers zijn er (nog) niet. Signalen wel. Vier vragen aan onderzoeker Robby Roks.
1. De afgelopen twee, drie jaar duiken er regelmatig berichten op over messengebruik onder jongeren. Is er echt iets aan de hand, of vertekent ons beeld door de berichtgeving?
“Dat is nog niet duidelijk. Er wordt veel gesproken over een toename, met name in de grote steden. Toch is het lastig om daar harde cijfers van te krijgen. Je kunt de gegevens namelijk niet zomaar uit de registratiesystemen van de politie halen, want daarin staan incidenten op een ruimere manier geclassificeerd. Maar de signalen zijn er wel. En onlangs bleek uit cijfers van de NOS dat er sprake was van een toename tussen 2018 en 2019 en een stabilisatie in de jaren daarna. Als ik het vraag aan professionals die met jongeren werken, dan hoor ik eigenlijk aan alle kanten wel zorgen.”
2. Wat weten we van de motieven van scholieren die messen dragen?
“Daar is nog weinig over bekend. Samen met mijn collega's van de Erasmus Universiteit ga ik de situatie in Rotterdam inzichtelijk maken. Via vragenlijsten en gesprekken met focusgroepen willen we onderzoeken hoeveel, wanneer en waarom scholieren in Rotterdam wapens dragen en gebruiken. Overigens wordt het vaak geframed als een echt jongensprobleem, maar we zien hier in de stad dat er ook meisjes bij betrokken zijn.”
“Gevoelens van onveiligheid kunnen eraan bijdragen dat jonge mensen wapens gaan dragen. Maar het kan ook stoerdoenerij zijn, jezelf willen bewijzen om status te verwerven. En groepsdruk: bepaald gedrag vertonen om ergens bij te horen. Dat gaan we allemaal uitvragen in ons onderzoek.”
3. Wat kun je vertellen over de relatie tussen straatcultuur en messengebruik?
“Identiteit, status en groepsdruk zijn verschijnselen die onder alle jonge mensen spelen. Maar in buurten waar een actieve straatcultuur heerst, speelt het heftiger. Ruzies tussen rivaliserende groepen is natuurlijk geen nieuw verschijnsel, en steekincidenten onder jongeren helaas ook niet. Wat wél nieuw is, is de drillrapcultuur, die is overgewaaid uit de VS. Daar ging het over vuurwapens; hier gaat het over steekwapens.”
“Drillrap kent een esthetiek en symboliek waarin geweld wordt verheerlijkt in clips en songteksten. Rivaliserende groepen dagen elkaar uit, beledigen en bedreigen elkaar. Dat doen ze niet alleen in de muziek, maar ook op social media platforms als Snapchat en Instagram. Sommige drillrappers hebben meer dan 10.000 volgers. Dat kan voor anderen de druk vergroten om te reageren en erbij betrokken te raken.”
“Overigens wordt er soms iets te gemakkelijk aangenomen dat het geweld door de muziek komt. Dat is te simpel. Als je inzoomt op het steekincident in Scheveningen in 2020, waarbij een dodelijk slachtoffer viel, dan zie je dat het conflict vooral op social media oplaait.”
4. Wat zou jij als wetenschapper aan onderwijsprofessionals mee willen geven als het gaat om jongeren en geweld? Heb je tips of adviezen?
“Onderwijsprofessionals blijven graag in contact met jongeren. Het is goed als ze weet hebben van waar jongeren op social media naar kijken en daarover het gesprek met ze aangaan. Om signalen eerder op te kunnen pikken, maar ook omdat we weten dat jonge mensen op de korte termijn zijn gericht en de gevolgen van hun gedrag op de langere termijn niet goed overzien. Mediawijsheid is voor jonge mensen onontbeerlijk en het onderwijs kan daarin een belangrijke rol spelen.”
De resultaten van het Rotterdamse onderzoek worden naar verwachting na de zomer van 2022 gepubliceerd op de website van de Erasmus Universiteit.